In de museumboerderij die gebouwd is in 1680, brachten Petra Hessels en Roelof Kuijer ons terug naar het boerenbestaan van rond 1900. In 1953 heeft de gemeente deze boerderij opgekocht voor een museum. Dit museum staat in het teken van de rijke boenfamilie Karsten.
Roelof, tot voor kort nog zelf boer, vertelde ons over de werktuigen die toen door boeren werden gebruikt
En Petra wist alles te vertellen over de privé vertrekken van de boer.
In beide gevallen kwamen diverse spreekwoorden aan de orde die met de boeren te maken hadden.
Een paar voorbeelden:
Dit bed was bestemd voor de meid en als ze een kind gekregen had werd deze er onder gelegd. Zo komen we op de gezegde "Onderkruipsel".
Hierboven was een glaze weerstation als de overliep dan kwam er slecht weer.
Daar komt de gezegde: "Gedonder in de glazen" vandaan.
Dan hadden ze een aparte plank hoog geplaatst waar men de broden op kon plaatsten om muizen etc. te weren.
Hieraan kon je zien dat er wel of geen 'brood op de plank' was.
Hieronder nog wat foto's . Deze lopen vanzelf.